Contact

Geluidsisolatie vloeren

In oude etagewoningen: verlaagde plafonds
Houten vloeren isoleren bij de onderburen

Elke stap die Dineke en Johan K. in hun woning zetten, wordt gehoord door buurman Bert de J. Wanneer de bovenburen hun (schoon)vader op visite hebben, hangt door diens zware tred zelfs de lamp aan Berts plafond te schudden. Bert kan zijn buren moeilijk verbieden rond te lopen of bezoek te ontvangen. Hij weet dat zij volgens de regels van het huishoudelijk reglement van de Vereniging van Eigenaren hebben gehandeld bij de keuze van hun vloerbedekking. Maar het dreunen is een feit.

Bert, die zo blij was met zijn prachtig opgeknapte appartement in de rustige vooroorlogse wijk, is ten einde raad. Hij neemt contact op met de Nederlandse Stichting Geluidshinder (NSG) in Delft en vraagt advies. Hij is één van de velen. Steeds meer mensen zijn slachtoffer van deze vorm van geluidshinder. Voor hen heeft de NSG onlangs de brochure ‘Geluidsisolatie Vloeren’ uitgebracht. Behalve een systematische aanpak van het probleem bevat de brochure vooral ook praktische oplossingen en bouwtechnisch advies.

Etagewoningen
In de top-5 van hinderlijke buurgeluiden komt overlast door loopgeluiden op de tweede plaats, vlak achter harde muziek. De meeste hinder ondervinden bewoners van oude etagewoningen. De Nederlandse binnensteden staan er vol mee. Ze worden op grote schaal gerenoveerd en ze zijn door hun ligging en architectuur geliefd bij kopers en huurders. Al deze woningen, die zijn gebouwd in de eerste helft van de 20e eeuw, hebben dankzij hun houten draagvloeren per definitie een slechte geluidsisolatie. De vloeren zijn relatief dun. Bij renovatie moet de geluidsisolatie vrijwel altijd worden verbeterd, zodat deze voldoet aan een wettelijke norm die is vastgelegd in het Bouwbesluit. Dat geldt overigens ook voor woningen met betonvloeren, die vanaf de jaren vijftig werden gebouwd.

Parket
De overheid is zich dus van de problematiek bewust. Geluidsisolatie-eisen werden in 1992 voor het eerst in het Bouwbesluit opgenomen. In 2003 zijn de eisen ten aanzien van contactgeluidsisolatie (loopgeluiden) nog eens met 5 decibel (dB) aangescherpt. Oude woningen moeten bij vernieuwbouw in principe aan dezelfde eisen voldoen als nieuwbouwwoningen.
Toch ondervindt nog altijd een groot aantal Nederlanders ernstige hinder door loopgeluiden. Ook in gerenoveerde woningen. Deels is dat toe te schrijven aan de groeiende populariteit van harde vloerbedekking, zoals parket, laminaat en plavuizen. Daarop richten zich in het algemeen dan ook de voorschriften in VvE-reglementen. Des te groter is de teleurstelling, de boosheid zelfs, wanneer desondanks de overlast voortduurt. Dat komt omdat de oorzaak elders ligt.
Zowel ten aanzien van de constructie als de materialen worden vaak verkeerde keuzes gemaakt om contactgeluidshinder tegen te gaan. Een voorbeeld daarvan is de verende ondervloer waarop de vloerbedekking wordt gelegd. De gedachte is dat de verende laag tussen de houten draag- en dekvloer het geluid van lopende voeten niet doorgeeft naar beneden. Helaas, dat gebeurt wel en met name bij lage tonen of zware stappen. Volgens de wetten van de akoestiek geleidt de verende tussenlaag deze trillingen, waardoor resonantie ontstaat. Daardoor danst de lamp van Bert de J. aan het plafond, als schoonpapa zijn platvoeten verplaatst over het laminaat van Johan en Dineke. Zelfs als hij pantoffels draagt. Dat probleem doet zich alleen voor bij lichte houten vloeren; zware betonvloeren hebben van zichzelf al een veel betere geluidsisolatie en daar kan zo’n verende ondervloer wel goed werk verrichten.

Verlaagd plafond
Eigenlijk is er maar één oplossing. In de woning van Bert de J. moet een verlaagd vrijhangend plafond worden aangebracht. Dit plafond hoeft alleen maar te hangen en kan akoestisch worden vrijgehouden van het bestaande plafond. Er komen dan veel minder contactgeluiden meer door. De maatregelen moeten dus worden genomen bij de gehinderde. Toch is het goed als Berts bovenburen ook hun verende onderlaag vervangen door een zo zwaar mogelijk niet verende plaat. De vloer wordt daardoor zwaarder. Meer gewicht is meer geluidsisolatie, ook bij de lage tonen. De dreun verdwijnt.
Wanneer Bert een goede relatie met Johan en Dineke onderhoudt, slagen ze er wellicht in om het samen op te lossen. Maar, er kan nog meer winst worden geboekt. Wanneer zij de zaak aankaarten bij de VvE zou overal in hun woongebouw een onderzoek kunnen worden gedaan naar overlast door contactgeluiden. De VvE-leden kunnen dan vervolgens besluiten in alle woningen waar sprake is van hinder een verlaagd plafond aan te laten brengen. Dat heeft een gunstig effect op de kosten, die uiteraard moeten worden gedeeld door veroorzakers en gehinderden.
In bovenstaand geval zou er dan sprake zijn van ‘eind goed, al goed’. Dat resultaat komt voor, maar de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat geluidsoverlastproblemen in woningen heel vaak leiden tot verstoorde verhoudingen, rechtszaken en zelfs verhuizingen. De NSG kan helpen zaken in het juiste perspectief te plaatsen.

Zwevende dekvloer
Voor de geluidsisolatie van betonvloeren zweren bouwers en adviseurs tegenwoordig bij de ‘zwevende dekvloer’. Tussen de betonnen draagvloer en de afwerkvloer wordt een dunne verende laag aangebracht. Bij nieuwbouw is dit de meest gebruikte toepassing om de vereiste norm voor contactgeluidsisolatie te behalen. Een zwaardere betonnen draagvloer is een alternatief. Deze optie stelt echter vooral bij hoogbouw zwaardere eisen aan de fundatie en valt daarom meestal af.
Niet iedere zwevende dekvloer is een constructie die een afdoende oplossing biedt. Daarvoor ligt de norm van het Bouwbesluit te laag. De NSG beveelt een isolatiewaarde aan van +10 dB; het Bouwbesluit schrijft +5 dB voor.
Voldoet de constructie precies aan deze minimale wettelijke norm, dan is het onmogelijk voor de bewoner om een harde vloerbedekking te kiezen zonder afbreuk te doen aan de gewenste geluidsisolatie. Kiest men op een dergelijke ‘slechte’ zwevende dekvloer opnieuw voor iets verends dan kunnen er vervelende resonanties ontstaan.

Het kan beter
Veel beter zou het zijn wanneer de constructie van de zwevende dekvloer zelf over een akoestische kwaliteitsverbetering van +10 dB zou beschikken. Dan is het mogelijk voor de woningbezitter om harde vloerbedekking toe te passen zonder al te groot hinderrisico. In dat geval hoeven dus in de reglementen van VvE’s, huurcontracten en splitsingsaktes geen voorschriften te worden opgenomen over de keuze van vloerbedekking.
Het is jammer dat de keuze voor +10 dB niet vaker standaard wordt gemaakt door bouwers. Of wordt afgedwongen door kwaliteitsbewuste projectontwikkelaars en kritische kopers. De materialen om de gewenste geluidsisolatie te bereiken zijn beschikbaar en niet duurder. Zij vereisen echter wel een grote zorgvuldigheid bij het aanbrengen. De kwetsbare tussenlaag gaat snel kapot en verliest dan haar verend effect. Die precisie kunnen de meeste bouwers niet garanderen.
Momenteel worden op verschillende plaatsen in ons land wel pogingen gedaan om de +10 dB kwaliteit in woningen te bevorderen.

Geluidsbewust leven
Tegenover die meer of minder goed geïsoleerde woningen staat in ons land een enorme hoeveelheid oude woningen die nog niet zijn gerenoveerd. Zeker als zij houten draagvloeren hebben, zal vrijwel iedere bewoner op zijn tijd last hebben van geluid dat wordt veroorzaakt door lopende, pratende, musicerende of televisiekijkende buren. Wie in zo’n woning woont, kan niet anders dan geluidsbewust leven. Dat betekent niet alleen het eigen gedrag aanpassen om de hinder zoveel mogelijk te beperken, maar ook een grotere tolerantie betrachten voor onvermijdelijke geluiden van onder, boven of opzij.


NSG helpt
De Nederlandse Stichting Geluidshinder in Delft is een kenniscentrum op het gebied van geluidshinder en de bestrijding ervan. Donateurs van de stichting kunnen er terecht voor advies over juridische en procedurele aspecten, maar ook voor technisch en bouwakoestisch advies. Kort advies via e-mail of telefoon is in de regel gratis. De NSG kan daarnaast - tegen vergoeding - bouwplannen of akoestische rapporten beoordelen. Voor geluidsonderzoek kan de NSG verwijzen naar onafhankelijke akoestische adviesbureaus.
Voor iedereen met vragen over geluidshinder en geluidsbewust leven heeft de NSG een reeks brochures en informatiemateriaal ontwikkeld. Meer informatie hierover op www.nsg.nl. De brochures zijn zowel online als telefonisch te bestellen.